Het cliché

Het beeld trof me als een mokerslag. Schuin tegenover me in de metro zat een jonge vrouw met op haar schoot een ietwat beweeglijk kindje. Het zal een jaar of twee zijn geweest. Met zijn vingers verkende hij de moeren in de kozijnen rondom het raam, alsof ze iets wonderlijks waren dat hij nog nooit eerder had gezien. De ene na de andere, kijken, voelen, duwen, zijn moeder met een glimlach wijzend op zijn ontdekking van de dag. 

Even later vleide hij zich tegen haar aan, liefdevol zijn kleine handje op haar hals, zijn krullenbol tegen haar borst. Heel even leek de lucht weggezogen te worden. Druk op mijn borst, een brok in mijn keel. De drang om haar aan te spreken, haar op het hart te drukken dat ze er met volle teugen van moet genieten, nu het nog kan. Dat ze elke verwondering, elke glimlach, elke kus, elke knuffel, elk woord en elke seconde zo bewust mogelijk moet meemaken, nu zij nog het middelpunt van zijn bestaan is. Dat het cliché geen cliché is: de tijd vliegt écht voorbij, voor je het weet… 

Maar ik zei niets, het zou aan dovemansoren gericht zijn. Een goed bedoeld advies van een vreemdeling, ontvangen met een glimlach, later wellicht onderwerp van gesprek (wat mij nou toch in de metro overkwam vanmorgen!), maar haar ene oor in en andere oor uit. Zo was ik zelf immers ook geweest. 

Mijn vader heeft het mij keer op keer op het hart gedrukt: ‘Je moet van je kinderen genieten, elke dag weer. Voor je het weet zijn ze volwassen. De tijd vliegt voorbij.’ Ja ja, dacht ik dan. Ik bedoel, ik begreep wel waarom híj dat zei. Terwijl mijn broers en ik in Nederland opgroeiden zat hij in Mexico. Hij zag ons misschien een paar weken per jaar, elke keer weer een stuk groter dan het jaar ervoor. Voor hem ging het ook daadwerkelijk met sprongen. 

Bij mij was het natuurlijk anders, ik zag mijn kinderen elke dag. En ik genoot van ze. Maar ik moest ook werken. Het huishouden draaien. Voor ze zorgen. Alle ballen in de lucht houden. En de tijd ging echt niet zó snel, ik was er zelf bij. Sterker nog, het zou juist fijn zijn als ze ietsje zelfstandiger zouden zijn, mij iets meer ruimte gunden. Dus als ik weer advies kreeg, van hem of mijn oma of wie dan ook, glimlachte ik vriendelijk en zei ik: ‘ja, natuurlijk!’ Maar ik dacht: ‘yeah right’. Had ik het even mis. De tijd vliegt niet. De tijd raast. 

Kinderlijke onschuld

Bovenaan de trap hangt een grote portretfoto van mijn jongens: o zo klein nog, speels en ondeugend, hun karakters in hun ogen te lezen. Vertederd kijk ik ernaar, elke keer dat ik er voorbij loop. Ik kijk ernaar en ik denk terug aan de tijd dat ik hun alles was. Dat ze het liefst de hele dag om mijn nek hingen, zelfs als het zo heet was dat de mussen van het dak vielen. Dat ze me overal achterna liepen, om maar in mijn buurt te zijn. Dat ze geborgenheid zochten op mijn schoot als ze verdrietig waren. Dat niets ze gelukkiger maakte dan bij mij zijn. Had ik al die gebaren maar op waarde geschat toen het nog kon. Naar de wijze woorden van mijn vader geluisterd. Hij had gelijk, die tijd is voorbij gevlogen en komt nooit meer terug. 

Mijn jongens zijn nu 14 en bijna 17. De oudste heeft al een bijbaantje en staat te popelen om binnenkort een keer een nachtje alleen thuis te mogen blijven. Over het algemeen vegeteren ze op hun kamers, of zijn ze buiten met vrienden en laten ze zich alleen zien als ze trek hebben of iets van ons gedaan willen krijgen. Soms, als ze er zin in hebben, voeren we een leuk gesprek en in heel uitzonderlijke gevallen doen we samen een spelletje. Maar meestal zijn wij ouders meer een last dan een lust en is tijd met ons doorbrengen een offer.

In de zeldzame gevallen dat ik dus tegenwoordig een knuffel krijg, zo’n welgemeende, stevige kroel, zomaar uit het niets, geniet ik er met volle teugen van. Zie ik het als een onverwacht cadeautje. Want juist nu hun wereld uit allemaal andere belangrijke mensen bestaat, laat zo’n gemeende knuffel mijn hart gloeien. En ondertussen verkondig ik het cliché en vertel ik aan iedereen die het wil horen – en niet wil horen: geniet nu het nog kan, want de tijd vliegt en voor je het weet zijn ze groot.

Geef een reactie

Vul je gegevens in of klik op een icoon om in te loggen.

WordPress.com logo

Je reageert onder je WordPress.com account. Log uit /  Bijwerken )

Twitter-afbeelding

Je reageert onder je Twitter account. Log uit /  Bijwerken )

Facebook foto

Je reageert onder je Facebook account. Log uit /  Bijwerken )

Verbinden met %s